Lidioom: Eskimo’s en tölpe
Die bijzondere woorden allemaal, voor vlinders en libellen, laten we zeggen de familie Garepaap, hebben we daar veel aan? Zeker: die laten de rijkdom van de Limburgse taal zien. Waarachtige rijkdom? Tja, dat is hoe je dat bekijkt. Een man heeft zeven vrijstaande huizen, met bovendien een royale tuin erbij, en zeer welgelegen. Zijn neef heeft drie straten gewone huizen in het dorp zelf, allemaal dezelfde huizen: wie is rijker?
Is dat wel te vergelijken? Zeker – of toch niet? Daar hebben we het niet meer over. Mij gaat het vooral om wat wij, schrijvers, met die rijkdom (aan woorden) kunnen. Ik denk aan een wilde wei bloemen, gezaaid voor (vooruit dan) vlinders en bijen.
Nu het verschil met onze vlinderwoorden. De bloemen hebben allemaal aparte namen, omdat ze nogal verschillend zijn. Onze woorden voor (de) vlinder zeggen niet wat soort vlinder het is. Anders gezegd: het Limburgs heeft negen, tien verschillende woorden voor ‘vlinder’, maar die hebben precies dezelfde betekenis; ze zijn als tien verschillende kleuren tulpen.
Ga nu eens met me mee naar een land waar niet veel vlinders en tulpen te zien zullen zijn, Groenland. Daar wonen Eskimo’s, en die hebben zeven, tien, misschien wel dertig verschillende woorden voor sneeuw, zegt men.
Waar of niet waar? Ik kan me moeilijk voorstellen dat iemand dertig soorten sneeuw kan herkennen. Hoe verschillende zouden de vlokken zijn? Vlokken van drie centimeter, van vier, 4,3 millimeter? Ik denk dat veel van die verschillende woorden net als onze vlinderwoorden zijn: woorden voor dezelfde soort sneeuw. Alleen: om de drie dagen lopen treft men een ander woord aan; anders gezegd: een woord van een ander dialect van de Eskimotaal.
Maar pakweg zeven verschillende woorden kan wel. Hebben wij misschien ook: denk aan jaagsjnie, nate (natte) sjnie; dat zou best naatsjnie kunnen zijn, en wie weet praat men ergens wel van watersjnie, in de buurt van Boven-Droogdalen bijvoorbeeld. Dat zijn echter geen duidelijk verschillende woorden, zoals die van onze vlinders wel. Rijkdom? Een diepe zucht: rijk aan woorden, wat is dat precies…
Veer zien al touw aon de derde serie vaan de rubriek Lidioom. Alle veurgaonde aoflieveringe kint geer trökleze in eus arsjief.